Ingrediëntenlijst voor ongeveer 24 (cup)cakejes
Voor het deeg:
- 250 gram roomboter, op kamertemperatuur
- 150 gram palmbloesemsuiker
- rasp van ¼ citroen
- ¼ theelepel zout
- ½ ei, losgeklopt
- 300 gram speltbloem
- 50 gram haver zemelen
- 80 gram haver meel
- 8 gram bakpoeder
- 4 gram vanillesuiker
Voor het kruimeldeeg:
- 70 gram roomboter
- 65 gram palmbloesemsuiker
- 70 gram speltbloem
- 45 gram amandelmeel
- 30 gram haver zemelen
- 5 gram kaneelpoeder
Voor de vulling:
- 300 gram amandelspijs
- 1 ei
- 1 eetlepel water
- 2 appels (300 gram in kleine blokjes)
- 5 gram kaneel
- 8 gram palmbloesemsuiker
Maak eerst het deeg:
Doe de roomboter, palmbloesemsuiker, citroenrasp en het zout in een kom en meng met je handen door elkaar.
Meng het halve ei erdoor en kneed tot slot de bloem, haver meel/zemelen en het bakpoeder erdoor.
Verpak het deeg in plasticfolie en laat het een uur rusten in de koelkast.
Maak dan de kruimeldeeg:
Meng alle ingrediënten in een kom, wrijf ze met de vingertoppen door elkaar tot het op droge broodkruimels lijkt.
Zet de kom in de vriezer om de boter stevig te laten worden.
Schil de appels en snij deze in kleine blokjes, meng dit met kaneel en palmbloesemsuiker.
Meng het amandelspijs met het ei en het water tot een soepel spijs.
Verwarm de oven voor op 180°C en vet de cupcakevormpjes in met boter.
Kneed het deeg kort door en rol het op een licht bebloemd werkblad uit tot 4 – 5 millimeter dik.
Steek cirkels uit het deeg die groot genoeg zijn om de bodem en de zijkant van de vormpjes met deeg te bekleden. Het deeg dat overblijft kun je opnieuw uitrollen.
Verdeel het amandelspijs over de vormpjes en doe daar de fijn gesneden stukjes appel boven op.
Bestrooi dit met het kruimeldeeg en druk dit goed aan.
Zet de vormpjes op een bakplaat in de oven en bak ze in 15 minuten op 180°C
